Paul Elstak: BlueTiek-in, Network en Peter Slaghuis
Paul Elstak begon in 1987 met draaien in BlueTiek-in. Hij kwam een paar keer met vrienden mee naar deze disco, bezocht de meer ontspannen zondagavonden en vond de sfeer leuk. Via een bevriende barman hoorde hij over een dj–vacature. Paul was pas begonnen als DJ in ‘Beachclub’ te Kijkduin, hij pakte deze uitdaging op. Paul stapte met een tas platen de trein in richting Rotterdam. Aangekomen in BlueTiek-in werd hij door Peter Slaghuis beoordeeld. “Zet maar wat op” was de opdracht. Paul deed zijn best.
Achteraf bleek dat meer DJ’s hadden gesolliciteerd, sommigen waren technisch verder dan Paul.
Het beleid was dat je moest kunnen draaien, in het team paste en je niet probeerde te meten met Peter Slaghuis. Paul kende Slaghuis toen nog niet dus dat was geen probleem. Hij kreeg de baan.
Paul draaide al snel van donderdag- tot en met zondagnacht. Een ander deel van de job was op woensdagmiddag het BlueTiek-in krantje in elkaar zetten. Stukjes tekst maken en dat soort dingen, dat hoorde erbij. Een ongewone vijfdaagse werkweek.
DJ’s hadden nog geen supersterstatus. Na afloop van het draaien ging hij het DJ-hok schoonmaken met Glassex en de ruimte aanvegen. Totaal anders dan hoe het er nu aan toe gaat. Dit heeft Paul gevormd. Paul legt uit hoe het werkte: “Er was een bak met platen waaruit je je keuze maakte.
Er was een plan met blokken muziek. Om 20.00 uur ging de disco open. Indraaien, dan van 22.00 tot 23.00 uur een New Wave blok, 23.00 –0.00 uur meer Top 40 achtig materiaal en later op de avond meer stampdisco-achtig werk, wat toen in was”.
BlueTiek-in was er ook vroeg bij wat betreft videoclips tonen. “Op een gegeven moment werden er muziekvideo’s afgespeeld. Adrie had een bioscoop achterin BlueTiek-in en die jongen draaide ook de video’s af. Dan deed je blokjes van 3,4 liedjes in combinatie met de video’s achter elkaar. Je had contact via een soort intercom, dan gingen lampjes branden als er contact gezocht werd.
Clips werden vertoond op meerdere grote schermen per dansvloer en een groot doek achterin bij de eetcorner, van videobanden af uiteraard. Je had jingles. Eentje was: Videotime! Dat geluidsfragment moest je met een cassettebandje precies op de beat van de muziek instarten. Adrie moest zorgen dat hij synchroon op tijd de videoband aanzette, een heel gedoe. Peter gaf aan door de intercom: ‘Je moet nu beginnen, video instarten’! Dan was de videoband nog niet op de juiste plek en moest Adrie deze band nog voor- of achteruit spoelen. Zoeken zoeken. Niet zoals tegenwoordig met hardware. Een hele andere tijd dan nu.
Rond 12 uur was er de lasershow, begeleid met speciale muziek. Een hele bezienswaardigheid. Verder stond BlueTiek-in bekend om zijn lichtshow en om het goede geluid. BlueTiek-in was gewoon een zeer vooruitstrevende discotheek”.
Peter Slaghuis
‘Jack To The Sound Of The Underground’ komt ter sprake, de hitsingle van Slaghuis alter ego Hithouse. “Samples waren toen nog grijs gebied. Madonna kon je gewoon samplen”. Paul reed in het begin mee terug naar huis na afloop van het draaien. Paul woonde in Den Haag en Peter in Rijswijk, bij zijn ouders. Peter had een goede geluidsinstallatie in zijn Renaultje en liet de housemuziek horen die later de basis vormde van ‘Jack To The Sound Of The Underground’. Slaghuis stelde prijs op Paul’s oordeel. “Eén of andere manier, hij wilde altijd mijn mening horen over wat hij maakte”.
Paul maakte zijn eerste productie: Time Drillers – ‘Somebody In The House Say Yeah’. Deze track is in de hitparade van Engeland terechtgekomen. “Ik had de ideeën en al die samples, stukjes van liedjes. Slaghuis zat achter knoppen (Paul kon dat toen nog niet) en samen hebben ze de track geproduceerd (in elkaar gezet). De uitgave was op het label van Peter, Hithouse. De plaat zelf werd uitgebracht bij het Belgische ARS platenlabel. Paul’s producernaam was DJ Daddy P. omdat hij net vader was geworden, vandaar.
Peter ontdekte al snel de Housemuziek en begon dat te draaien in BlueTiek-in. Paul: “Peter was echt aan het ontdekken, die muziek uit Amerika. Echt diepe House, die kwam voort uit de Gay-scene van Chicago. Dan draaide Peter gewoon heel de tent leeg. Een jaar later kwam dan de Roxy (club in Amsterdam red.) met deze sound en die kreeg later de credits als Housepioniers voor het ontdekken van Housemuziek voor Nederland. Onterecht, Slaghuis draaide dat zeker een jaar eerder. Peter was Hithouse Records begonnen en zat daarmee op een groter platenlabel, bij ARS”.
“We werden vrienden. Peter was gewoon een hele aardige gast. Hij vertelde me over zijn relaties en kwam zijn hart luchten daarover bij mij. Hij was ook op mijn trouwerij toentertijd. Ik was Holy Noise begonnen samen met twee andere jongens, onze single ‘Get Down Everybody’ was net uit toen Peter overleed. Het is jammer dat Peter het succes van ‘James Brown Is Still Alive’ niet heeft mogen meemaken op zijn label.” Een auto-ongeluk maakte middenin alle ontwikkelingen van Slaghuis een einde aan het leven van Peter in 1991.
Paul draaide toen al lang niet meer op de BlueTiek-in/Network locatie. Vanaf 1990 bracht hij eigen materiaal uit, alleen zowel als samen met anderen. Snel ging hij verder als DJ/Producer met zijn hardere Housemuziek en werd Godfather van de Gabber- en Hardcore Housemusic.
Bij mijn bezoek aan Paul Elstak’s kantoor zie ik gouden platen aan de muur hangen van recent werk.
Leave A Comment